Plato:
Omdat het jongensboek refereert aan avontuur, kattekwaad, hoge dromen (kaper, profvoetballer, uitvinder) en meisjesboeken het vaak dicht bij huis zoeken. Het is de wereld die we kennen en we hebben het idee dat we die kant toch wel zullen opgaan. Maar het jongensboek (Bram Vingerling, Willem Roda om maar eens twee oudjes te noemen) daarin kunnen we onze fantasie kwijt.